Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

maandag 23 juli 2012

Beuken is mannenwerk

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


'Misschien zijn ze allemaal even plassen,' probeerde ik.
Gaby gaf mij een schop. 'Doe niet zo achterlijk,' zei ze. 'Denk je dat papa daar wat aan heeft?'
'Maak je om mij maar geen zorgen jongens,' zuchtte papa somber. 'Ik ben al lang blij dat ze het bos met rust laten.'
Het begon keihard te regenen terwijl we door het verlaten kamp liepen. De containers stonden er nog. De asfaltweg lag er nog. Verder was het zo verlaten als een ruïne van duizend jaar oud. Geen houthakkers, geen kettingzagen, geen Mobiele Mjamburger Maak Machine. Geen enkel teken van leven. Zelfs de alligatorhuiden waren weg.
'Waarom hebt ze de containers laten staan?' vroeg Kwetter zich af.
'Omdat ze terug zullen komen,' zei papa. 'Het zal wel een paar weken duren. Jullie moeder had... waarschijnlijk...' Hij kon het woord “gelijk” niet over zijn lippen krijgen. Met hangende schouders liep hij het bos in.
'Wat gaat-ie doen?' vroeg Kwetter.
Wij hadden geen idee. Ook niet toen hij een half uur later terugkwam met een grote, dikke tak over zijn schouder.
'Helpen jullie even?' vroeg hij kreunend.
'Met sjouwen?' vroeg ik. Sjouwen is leuk, want het is mannenwerk.
'Met beuken,' zei papa. 'Dit is een stormram namelijk.'
Dat was natuurlijk helemaal prachtig, want rammen is pas echt mannenwerk. We beukten de deur van de luxe container in. Die was heel stevig; we waren er wel een half uur mee bezig en het lukte pas toen Kwetter mee kwam helpen.
We slopen de container binnen. Papa floot zachtjes toen hij het salontafeltje zag. 'Louis XV, toe maar,' mompelde hij. 'En die bank is een heel duur Italiaans ontwerp, weet ik toevallig.'
Zijn ogen glansden. Hij keek door de kamer als een kind op Sinterklaas-avond.
Verrukt rook hij aan de sigaren die nog op het tafeltje lagen. 'Tjonge jonge, deze kan zelfs de president van Cuba nauwelijks betalen.' Zo ging hij de hele container door. Alles was heel duur, daar kwam het eigenlijk op neer.
Op het laatst vond hij een laptop.
Hij klapte het ding open en een zeer gelukkige glimlach trok over zijn gezicht. 'Niet te geloven,' fluisterde hij, 'een eigen satelietverbinding! Nu kan ik de beursberichten bekijken...' Hij begon als een bezeten te klikken en te typen. Wij stonden erbij en keken ernaar.
'Eh... pap...' vroeg ik, 'wat doen we eigenlijk hier?'
Verstrooid keek hij op. 'Ja,' antwoordde hij, 'wat doen jullie eigenlijk hier?'
'Eh... we zijn met jou meegekomen.'
'Oh ja. Nou, ga maar fijn spelen of zo. Papa is aan het werk.'
'Je hebt geeneens werk,' snoof Gaby.
'De bank waar je werkte staat er niet meer,' hielp ik herinneren. 'Mama heeft hem opgeblazen, weet je nog? Dus die beursberichten, daar heb je niks meer aan.'
'Hmmm,' zei papa zonder op te kijken. 'Ga maar fijn spelen, jongens.'
'Maar wat ga jij dan doen?' vroeg ik. Ik snapte er niks meer van.


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten