Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

woensdag 27 februari 2013

Pang pang, hartstikke dood, haha!

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE



Ik was de eerste die bedacht dat er in de keukendeur een sleutelgat zat, en dat sleutelgaten zijn gemaakt om doorheen te kijken. Ik was dan ook de eerste die keek, en toen Michael probeerde mij weg te duwen deed ik van sssst, straks horen ze ons, dus ik was zelfs de enige die keek.
Helaas was er niet veel te zien. De ZMB-knullen kwamen met kratten op hun schouders binnen, liepen de gang door en verdwenen uit het zicht.
Er was maar één manier om te ontdekken waar ze de geheimzinnige pakketjes naar toe brachten: de keuken uit komen en achter ze aan sluipen. Zoals een held uit een film of een boek. Een geheim agent bijvoorbeeld. Of een paar slimme, dappere kinderen die met gevaar voor eigen leven een boevenbende te grazen nemen.
Nou, daar ging ik dus niet aan beginnen. Vooral vanwege dat 'gevaar voor eigen leven'. In de films en boeken loopt het altijd wel goed af, maar ja, ze maken natuurlijk geen films of over de keren dat het niet goed afloopt. Of misschien maken ze die wel, maar worden ze pas uitgezonden als kinderen al in bed liggen. Misschien is het iets wat grote mensen leuk vinden om te zien: haha, die stomme dappere kinderen, wie gaat er nou achter een bende gewapende schurken aansluipen door een huis dat hij niet kent? Pang pang, ja hoor, daar heb je het al, hartstikke dood, hahaha, eigen schuld sukkels.
Kinderen mogen alleen de films zien waarin het wel goed afloopt. Lekker onverantwoordelijk, mensen van de TV! Nu denken alle kinderen: ik sluip wel even achter die lui aan, er gebeurt toch niks ergs...
Michael en Kwetter en ik hebben al heel wat meegemaakt: kettingzagen, alligators, een reusachtige gehaktmolen, een bazooka en weet ik veel wat. Geloof me, als je een paar keer bijna door schurken om zeep geholpen bent, in het echt bedoel ik, dan denk je niet zo snel: oh, dat komt wel goed. Dan denk je: dit wil ik dus nooit meer meemaken.
Dus je gaat niet achter een bende aansluipen.
'Wat zie je?' fluisterde Michael.
'Ze zijn naar binnen gegaan,' fluisterde ik terug. 'Ik zie ze niet meer.'
'Waar wachten we nog op?' vroeg Michael verontwaardigd. 'Achter ze aan, slome!'
Ik schudde zuchtend mijn hoofd. 'Dat computerspelletje van jou,' vroeg ik, 'verlies je dat ook wel eens?'
'Oh ja, zo vaak. Ik word meestal binnen een half uur al doodgeschoten. Maar wat heeft dat er mee te maken? Laten we achter die schurken aansluipen!'
'Zou het misschien kunnen dat je steeds doodgeschoten wordt, omdat je altijd zulke domme beslissingen neemt?'
'Kijk eens aan,' fluisterde ik zo zacht als ik kon, 'daar hebben we de ZMB-ers weer. Terug voor de tweede lading. Die waren we dus recht in de armen gelopen, als we zo dom waren geweest om...'
Michael zei niks.
Maar hij gaf me wel een stomp. Een harde.
'Au!' riep ik.
'Sssst!' deed Michael.
'Als je niet wilt dat ik au roep, moet me niet stompen, idioot!'
'Houd nou je muil, straks horen ze ons!'


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten