Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

woensdag 22 mei 2013

Droevige, ongelukkige pech-riviertjes

BEGIN / VORIGE
/ VOLGENDE


'Geen idee,' zei mama. 'De ruitenwisser doet het niet meer, dus ik kan het roet niet van de ramen krijgen.'
'Dan doen we toch even een raampje open,' zei Michael.
'Dat is een heel goed idee,' zei mama. 'Als je er tenminste vanuit gaat dat we al door het vuur heen zijn. Als we er nog middenin zitten, dan is het zo ongeveer het stomste wat je kunt doen.'
'Waarom rijdt wij niet gewoon wat harder?' vroeg Kwetter. 'Wij gaat nog langzamer dan daarnet!'
'Lantarenpalen,' antwoordde mama.
'Lantarenpalen? Wat voor lantarenpalen? Er is hier helemaal geen lantarenpalen!'
'Weet je dat helemaal zeker?'
Eh... nee, dat wist Kwetter natuurlijk niet helemáál zeker. Want ze kon niet zien wat er buiten was.
'Precies. Dus voor de zekerheid rijd ik heel rustig. Dan bots je niet zo hard. Nog vragen?'
'Ja,' zei ik. 'Waarom zijn mijn voeten zo nat?'
Michael begon iets te zeggen, en dat iets was ongetwijfeld een flauwe opmerking over zweetvoeten. Ik ken hem langer dan vandaag. Maar al na een paar woorden hield hij op en maakte aan paar kleine spletsj-spletsj geluidjes met zijn voeten. 'Okee,' zei hij. 'Dit is dus héél raar. Mijn voeten zijn ook nat. Het lijkt wel of er een laagje water op de vloer staat. Dus ófwel Gaby heeft ergere zweetvoeten dan ik voor mogelijk had gehouden, ófwel er komt hier water naar binnen.'
'Misschien is wij wel in een riviertje gerijd?' opperde Kwetter.
'Zou kunnen,' zei mama. 'En weet je wat dat betekent?'
'Dat betekent dat wij lekker had kunt rijden, want er staat nooit lantarenpalen in riviertjes.'
'Nee, suffe druif, dat betekent dat we niet meer midden in het vuur staan,' zei Michael. 'Want riviertjes branden niet. Omdat ze van water zijn gemaakt, snap je?'
'Daar heb je helaas ongelijk in, lieverd. De meeste riviertjes zijn van water gemaakt, en die kun je inderdaad niet in de fik steken. Maar sommige riviertjes – hele droevige, ongelukkige pech-riviertjes – zijn gemaakt van water én olie. Of water én chemische stofjes. Die zijn er dan door mensen ingegooid, maar daar gaat het niet om. Waar het om gaat is dat die riviertjes uitstekend kunnen branden. En als je érgens zo'n riviertje tegenkomt, dan is het wel hier, in dit stukje van Zuid-Mallotië.'
'Eh... is het nog wel verstandig om verder te rijden?' vroeg ik. 'Ik bedoel: je weet maar nooit hoe diep zo'n rivier is. Het zou toch wel heel sneu zijn als we aan het vuur wisten te ontsnappen, alleen maar om vervolgens te verzuipen.'
Daar had ik gelijk in, vond mama. Maar zij wist ook niet wat nou het verstandigst was: blijven zitten of de deur open doen.
Op dat moment hoorden we een paar spletsj-spletsj geluidjes bij Jamal's voeten. Kennelijk merkte hij nu pas dat de vloer nat was; hij kon ons niet verstaan, dus hij had het hele gesprek niet kunnen volgen.
En hij wist dus ook niet dat we misschien wel in een brandend riviertje stonden.
Dus hij deed zonder omhaal de deur open.


BEGIN / VORIGE
/ VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten