Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

vrijdag 6 september 2013

Snakeltak en Knusp, voor al uw reparaties

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


'Oh, gewoon,' zei mama. 'We kijken een beetje rond.'
'Beetje rond?' vroeg het mannetje, 'beetje rond? U komt uit een gele deur, ja? Bent u soms van de afdeling Reparatie?'
'Inderdaad,' knikte mama. 'De afdeling Reparatie. Daar zijn wij van. De afdeling Reparatie, voor al uw reparaties.'
'Maar... maar... sinds wanneer hebben jullie kleine oranje meisjes in dienst? En er wás hier net al iemand van jullie, die grote sterke zeeman - waar is die gebleven?'
'Die is nog aan het repareren, natuurlijk. En wij gaan alvast rapport opmaken. In drievoud.'
'Ah,' knikte het mannetje begrijpend, 'in drievoud. Ja ja. Nou, dat zal dan wel goed zijn. Trouwens, nou jullie hier toch zijn: hebben jullie mijn briefjes gehad?'
'Eh... briefjes?'
Plotseling barstte het mannetje in huilen uit. 'Zie je wel,' jammerde hij, 'jullie hebben ze niet gehad! Nooit! Niks! Ik heb wel dertig briefjes gestuurd naar de afdeling Reparatie, en ik heb nooit antwoord gekregen.'
'Oh díe briefjes,' zei ik snel. 'Ja hoor, daar weten we van. Daar komen wij juist voor, hè mama? Eh, Chef bedoel ik natuurlijk, hè chef?'
'Jazeker,' speelde mama het spelletje mee, 'jazeker, eh juffrouw eh... Snakeltak.'
Kwetter proestte het uit toen mama die eigenaardige naam voor mij verzon, maar dat merkte het mannetje niet. Het staarde ons aan, vol ontroering, bijna huilend, en vroeg: 'Echt waar? Komt u voor... voor de reparatie? Ik vraag al negen jaar om die reparatie, het is verschrikkelijk, ik kan er al jaren lang niet meer tegen. Stapelgek word ik ervan, wilt u dat wel geloven?'
'Ik geloof u op uw woord,' zei mama plechtig. 'Nou, laat maar eens aan juffrouw Snakeltak zien wat het probleem is. Dan blijven ikzelf en juffrouw, eh, Knusp...' Daarmee bedoelde ze Kwetter, die in een keihard gelach uitbarstte - zó hard dat het mannetje vragend naar mama begon te kijken. 'Ikzelf en de altijd vrolijke juffrouw Knusp,' herhaalde mama, 'zullen hier blijven om de algehele situatie in het oog te houden. Met dit soort dingen kun je niet voorzichtig genoeg zijn!'
Het mannetje knikte dankbaar, en sleurde mij aan mijn schouder mee tussen de kasten.
'Auw,' zei ik, want hij sleurde nogal hard en bovendien kneep hij in een schaafwond.
'Sorry,' schrok het mannetje. 'Ik ben zó blij dat u er bent – daar komt het door. Wat ziet u er verschrikkelijk uit, trouwens! Overal gewond! En nat! En al die scheuren in uw kleren!'
'Tja,' zei ik. 'We komen net uit de vleeshakker...'
'Wat!?' Het mannetje keek me panisch aan.
'Die hebben we gerepareerd, natuurlijk. Maar de messen zijn scherp, hoor!'
'Oh ja, natuurlijk, natuurlijk. Jullie hebben toch maar een gevaarlijk beroep. Ik ben blij dat ik bij Administratie zit, in plaats van Reparatie! En kijk eens aan, we zijn er.' Hij wees op een kast met dozen. 'Ziet u het?' vroeg hij. 'Is het niet afschuwelijk?'


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten