Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

woensdag 5 september 2012

Geen vierhonderd miljoen

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


Ten eerste: er stonden honderden Boegoenezen op ons te wachten. Kwetter had ze verteld dat mama boem ging doen, en ze waren heel benieuwd. Ze wilden nou eindelijk wel eens zien waar dat gedoe met die laboratoria goed voor was geweest.
Ten tweede: er was niks om boem tegen te doen. De Mjamburger-Maak-Machine was nergens te bekennen. Er stonden alleen nog een paar containers en de luxe jeep van Hakmaranman.
'Ik denk,' zei papa bedachtzaam, 'dat Dogger het ding heeft laten weghalen. Hij was misschien bang dat wij het stuk zouden maken of zo.'
'Ja... hoe komt-ie d'r bij!' grijnsde Gaby.
'Maar waarom hebben ze de jeep dan niet meegenomen?' vroeg ik me af. 'Of de containers?'
Papa haalde zijn schouders op. 'De vleeshakker is nog niet afbetaald, denk ik, dus eigenlijk is dat ding van Dogger. De rest is eigendom van Hakmaraman, en wat daarmee gebeurt interesseert Dogger geen lor.'
'Dat kan allemaal wel wezen,' zei mama, 'maar ik wil nou eindelijk wel eens iets opblazen. Wat dachten jullie van zo'n container?'
'Jaaaa! Boemmm!' riep Kwetter.
De Boegoenezen keken geïnteresseerd toe hoe mama een kokosnoot vol springstof in een container legde en de lont aanstak.
'Iets naar achteren, jongens,' zei mama, 'zo meteen regent het hier gloeiend metaal.'
De Boegoenezen knikten vriendelijk, en toen Kwetter de boel vertaald had stapten ze netjes achteruit.
Arme drommels, dacht ik bij mezelf. Ze hebben nog nooit een explosie gezien, natuurlijk. Zelfs niet op TV... Ze zullen niet weten wat hen overkomt! Waarschijnlijk schrikken ze zich dood en kronen ze mijn moeder tot dondergodin of zoiets.
WHAAMMM! Daar ging de container.
Het was een prachtige klap. Veel groter dan je zou verwachten bij zo'n kleine hoeveelheid springstof – ik ben een beetje een kenner intussen.
Met een glimlachje keerde ik mij naar de doodsbange Boegoenezen.
Die waren eigenlijk, uhm... helemaal niet doodsbang. Ze stonden te lachen en te klappen en te roepen van 'Jaaa! Joewieieie! Boemmm!'
Dus... Ja...
Daarna moest mama nog een container opblazen, en nog een, en daarna de jeep.
'Hoho, liefje, ' zei papa. 'Laat die Jeep maar heel. Die kunnen we nog goed gebruiken.'
'Waarvoor?' vroeg mama. 'Er zijn hier geen wegen of niks.'
'Inderdaad. Maar wordt het niet eens tijd dat we hier vandaan gaan? Ik bedoel dit: Dogger en zijn vrienden zullen het hier niet bij laten zitten. Ze zijn in staat om de hele oerwoud met brandbommen in de as te leggen. Alleen maar om jou te pakken te krijgen. Wij brengen de mensen hier serieus in gevaar, lieverd.'
'Ja,' zei mama, 'maar buiten het bos zijn wij in gevaar. Ik ben de vrouw van tien miljoen, weet je nog? De hele wereld jaagt op ons. En wij hebben niets! Geen huis, geen laboratorium, niet eens een onderbroek!'
'Die onderbroek kopen we gewoon,' zei papa. 'En dat laboratorium ook. Dat huis, dat lijkt me niet zo'n goed idee. We zullen de rest van ons leven op de vlucht zijn, en dan moet je niet in een huis gaan zitten. Ik dacht meer aan een onderzeeboot. Of een straalvliegtuig of zo. Je kunt een hoop veiligheid kopen voor vierhonderd miljoen!'
'Da's waar, ' zei mama. 'Alleen hebben we helaas geen vierhonderd miljoen.'
'Klopt,' zei mijn vader. 'We hebben vierhondertweeëndertig miljoen, achthonderdvijftienduizend zevenhonderd en één dollar en twaalf cent.'
Wij keken hem aan met wijdopen monden en knipperende ogen.


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten