Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

vrijdag 7 september 2012

Onverwacht schattig

BEGIN / VORIGE


Wij keken hem aan met wijdopen monden en knipperende ogen.
'Ja, hoor eens,' lachte hij triomfantelijk, 'wat dachten jullie dat ik daar drie weken lang zat te doen, met die beursberichten? Alleen maar kijken? Nee hoor, ik heb gehandeld alsof mijn leven ervan af hing. En ook wel een beetje gezwendeld, hier en daar, en gelogen en opgelicht en het een en ander gestolen. Maar ik heb alleen van slechteriken gepikt en het was vor een goed doel, dus mijn geweten is rein.'
'Schat,' zei mama, 'wat hou ik toch van je.'
'Zullen we dan maar?'
'Meteen,' zei mama. 'En weet je wat we doen? We blazen de weg door de bergen op, dat kan makkelijk met de voorraad bommen die ik heb gemaakt. Dan kan er voorlopig niemand meer hierheen komen.' Ze draaide zich naar Kwetter. 'Lieve, Kwetter,' zei ze, 'jullie zullen hier veilig wonen, dat beloof ik. Ik vond het heel fijn je te leren kennen. Vaarwel, lief meisje!' Ze pinkte een traantje weg en zei tegen de Boegoenezen: 'Zorg heel goed voor haar, anders krijgen jullie met mij te doen!' De Boegoenezen knikten vriendelijk en keken geïnteresseerd. Daarna wilde mama nog iets tegen Kwetter zeggen.
Maar Kwetter was verdwenen.
'Ach ja,' zei mama, 'voor haar is het natuurlijk ook een emotioneel moment...'
'Gaat wij nou nog?' klonk het vanuit de jeep.
'Hoera!' riep Gaby. 'Kwetter gaat mee!'
'Is dat wel zo'n goed idee?' riep ik haastig. 'Ik bedoel, ze valt nogal op en zo, enneh... ze hoort hier thuis, enneh... ze heeft vast familie die ze zal missen, enneh...'
'Wat ben je toch lief bezorgd om haar,' glimlachte papa. 'Kom, we gaan.'
We gingen.
De explosie, waarmee we de weg door de bergen afsloten, was werkelijk gi-gan-tisch. Het soort explosie waarna je hele nieuwe landkaarten moet maken, omdat de oude niet meer kloppen. Mooi hoor.
De klap dreunde nog na in onze oren toen we terugreden naar de bewoonde wereld.
Opeens zei Gaby: 'Wat is dat voor een geluid?'
We luisterden allemaal en inderdaad: er klonk een raar geluid. Een soort gescharrel en getik en gekrabbel en geklop. En een geluid alsof er een eierschaal brak.
'Mijn experiment!' riep Alexander. Hij deed met trillende handen de houten kist open. Daar lag het alligator-ei. Er kwam scheur na scheur in de schaal, en uiteindelijk stak een klein diertje zijn kopje naar buiten.
'Gelukt,' fluisterde Alexander hees. 'Het is me gelukt! Dat wordt een Nobelprijs, ik zweer het je.'
'Jeetje,' zei Gaby. 'Wat is-ie klein, zeg.'
'Dit ga je niet leuk vinden, pap,' riep ik tegen mijn vader, die achter het stuur zat.
'Hoezo, jongen?'
'Geloof me nou maar, dit ga je he-le-maal niet leuk vinden.'
'Ik vind 'm schattig,' zei Gaby. 'Dat had ik nou echt nooit verwacht. Dat een dinosaurus ook schattig kon zijn.'
Papa zei niks. Sjaggerijnig trapte hij het gaspedaal in, en zo keerden we terug naar de beschaafde wereld.


BEGIN / VORIGE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten