Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

vrijdag 5 oktober 2012

We gaan allemaal dood en dat is jouw schuld

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


Ze had het nog niet gezegd, of Michael was de kombuis al uitgestormd. Naar de commandokamer! Ik heb hem wel vaker zien rennen – zien rennen voor zijn leven, zelfs – maar dat hij zó hard kon, daar had ik geen idee van. Hij wilde echt heel graag als eerste met zijn vinger op de knop van de torpedo's duwen.
Toen wij hijgend de commandokamer binnenkwamen stond hij al klaar om een torpedo af te vuren. Zijn hoofd was rood van opwinding. 'Mag ik?' vroeg hij ademloos. 'We worden aangevallen, toch? Dan mag het toch?'
'Jongen,' zei papa streng, 'hier word ik niet blij van. Mensen opblazen mag wel uit zelfverdediging, maar het mag niet voor je lol. En jij klinkt verdacht vrolijk, moet ik zeggen.'
'Wat maakt dat nou uit,' grijnsde Michael.
'Dat maakt álles uit, jongen,' zei papa ernstig. 'Niet op dit moment, misschien, maar later wel. Besef je wel dat je mensen dood gaat maken? Mensen met ouders die ooit dachten: ons kleine kindje zal een goed mens worden, dat geluk met zich meedraagt en in de wereld verspreidt. Mensen die zich kapot werkten om hun kindje gelukkig, gezond en gezegend te houden. En dat kindje zelf! Dat had zoveel hoop en dromen voor de toekomst! Het is opgegroeid, het heeft liefde en angst en vreugde gekend... aan dat alles zul je een einde maken, wanneer je op die knop duwt. Mag dat? Wil je dat?'
'Nou en of,' zei Michael, en hij drukte op de knop.
Er gebeurde niets.
Michael drukte nog eens. En nog eens.
Niets. En niets.
'Waarom gebeurt er niets, Michael?' vroeg mama ijzig. 'Zijn de torpedo's misschien toevallig... op?'
'Denk het wel, mama,' mompelde Michael zwakjes.
'Zijn ze misschien toevallig op omdat er een jongetje mee heeft zitten spelen?'
'Ja mama,' piepte Michael.
'Heeft dat jongetje misschien toevallig op een koraalrif geschoten, wat hij nooit had mogen doen, en gaan we daardoor nu allemaal dood?'
De tranen stonden in Michaels ogen. Hij had wel door de vloer willen zakken, waarmee hij ons trouwens allemaal om zeep zou hebben geholpen want dan zat er een gat in de vloer. En onder de vloer zat honderdduizend liter zeewater.
De onderzeeër schudde weer.
'Ik hoop dat je trots bent op jezelf,' zei mama. 'Ik zou zeggen: laat dit een les voor je zijn, zodat je in de toekomst niet meer zo dom doet. Behalve dan dat onze toekomst helaas buitengewoon kort zal zijn. Dankzij jou.'
'We moeten het hem vergeven, schat; hij wist niet wat hij deed,' zei papa. 'Het is niet goed om dood te gaan terwijl je ruzie hebt. Kom, omhels elkaar! En wees niet bang, de dood is geen einde maar een nieuw begin...'
'He ja, aan dat soort flauwekul heb ik nou echt behoefte,' snauwde mama. 'In mijn laatste minuten wil ik echt...'
'Waarom denkt jullie allemaal dat wij doodgaat?' vroeg Kwetter nieuwsgierig.
De Tsaar Peter schudde.
'Omdat de anderen torpedo's hebben, en wij niet,' legde ik uit.
'Maar misschien is het wel niet torpedo's. Misschien is het wel iets anders. Als het torpedo's is, waarom is er dan niet een heleboel water in de boot?'
We keken elkaar allemaal aan.


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten