Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

woensdag 18 december 2013

Ik wíl daar helemaal niet aan wennen

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


Leeg.
De zee was leeg. Van het schip zo groot als een stad was niks meer te zien.
'Verhip,' zei mama. 'Zo snel kan een schip toch niet zinken? Of zou er...?' Ze verzonk in wetenschappelijk gepeins en begon te mompelen over vacuüm en onderdruk en allerlei andere woorden die ik nooit eerder gehoord had.
Kwetter en ik luisterden niet naar haar. Wij dachten aan andere dingen.
'Gaby,' zei Kwetter ferm, 'ik zegt het niet graag, maar wij heeft een probleempje. Dat bent helemaal niet erg hoor, mama lost dat gewoon op, maar totdat mama het opgelost hebt blijft het een probleempje.'
Ik knikte. Ik had het probleempje ook al opgemerkt.
Niet alleen de Engel des Doods was weg. Ook de vlakte van dobberende containers, die eromheen had gedreven, was verdwenen. In de meeste ervan waren waarschijnlijk gaten geslagen, door de ontploffing. Gaten waardoor het beetje lucht, dat de boel nog drijvende had gehouden, had kunnen ontsnappen.
Hier en daar zag je nog een stalen hoekje boven het water uit steken, maar die hoekjes werden snel kleiner en één voor één verzonken ze onder de golven.
Dat was op zich nog geen probleem.
Dat er ook een gat zat in onze container, waardoor ook die snel begon te zinken, dat was wel een probleem.
Wij hielden ons vast aan het laatste hoekje dat nog boven het water uit stak.
'Meiden,' zei mama afwezig, 'we moeten snel deze container loslaten en er een meter of tien vandaan zwemmen. Als-ie zo meteen onder water verdwijnt, zal de onderdruk...'
Ik bleef niet wachten om te horen wat de onderdruk zou doen.
Ik zette het op een zwemmen. Kwetter en mama volgden mijn voorbeeld.
Van een veilige afstand zagen we onze trouwe container ten onder gaan.
'En nou?' vroeg Kwetter.
'Nou houden we ons vast aan een andere container. We moeten proberen er op te klimmen, want als we in het water blijven liggen zal de temperatuur-differentiaal...' Ze begon van alles uit te leggen over de temperatuurdifferentiaal en de gevolgen daarvan voor het cardio-vasculair systeem, maar Kwetter onderbrak haar: 'Mama. Er bent geen andere container om op te klimmen. Ze bent allemaal gezinkt.'
'Oh,' zei mama, 'die komen wel terug, hoor. Niet allemaal, maar een paar waarschijnlijk wel. Ze zijn naar de diepte gesleurd door de kolkingen rondom het zinkende schip, maar als er nog lucht in zit komen ze vanzelf weer bovendrijven. De vraag is alleen...'
Op dat moment dook er een container het water uit. Vlak naast ons.
'Hier heb ik dus een hekel aan,' merkte ik op. 'Dat mama altijd gelijk heeft, daar heb ik mee leren leven. Dat is zelfs wel handig, op een bepaalde manier. Maar dat het altijd op déze manier gaat, daar kan ik niet aan wennen. Daar wil ik ook helemaal niet aan wennen. Ik wil gewoon dat het ophoudt.'
'Oh ja?' vroeg Kwetter verbaasd.
We klommen de container op. Die was nat en koud, net als wij, maar de zon scheen en we warmden langzaam maar zeker op.
'Wat was nou de vraag?' vroeg ik na een tijdje.
'Welke vraag?' vroeg mama.
'Nou, je zei: de vraag is alleen..., en toen werd je onderbroken door een opduikende container.'
'Ik weet het niet meer. Het zal wel niet belangrijk geweest zijn. Ik vraag me wel iets af, natuurlijk, want wetenschappers vragen zich altijd van alles af. Tenminste, als ze het niet te druk hebben met zichzelf op de schouders kloppen omdat ze alweer gelijk hebben gehad.'
'Zeg het maar,' zuchtte ik. 'Wat is de vraag?'


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten