Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

vrijdag 17 februari 2012

Daar hebben we de brekingscoëfficient weer

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


'Dat ik straks ga maken, bedoelde ik natuurlijk. Als er weer zon is.'
Het duurde wel een uur, voordat er weer zon was. Toen ging ik aan het werk.
Het lukte voor geen meter.
Je moet je vergrootglas zó houden, wist ik, dat alle zonnestralen in een puntje bij elkaar komen. Dat puntje wordt heel heet en daar begint je vuurtje. Maar wat ik ook probeerde, ik kreeg de stralen niet in een puntje.
Het enig wat er heel erg warm werd, was ik. In een kring stonden ze allemaal naar me te kijken: papa, mama, Gaby, Kwetter en tientallen Boegoenezen. Ze volgden elke beweging die ik maakte, ze keken voortdurend van mijn gezicht naar de verrekijker naar het mos.
Het kurkdroge, buitengewoon brandbare mos. Dat niet wilde branden.
Na vijf minuten hannesen vroeg papa: 'Lukt het, knul?'
'Bijna,' mompelde ik.
Na nog twee minuten zei hij: 'Zal ik anders even helpen?'
'Niet nodig.'
Na nog een minuut pakte hij met zachte maar onverbiddelijke hand de verrekijker uit mijn handen en probeerde het zelf. Al snel lachte hij: 'Ach, wat dom van ons. Een vergrootglas heeft maar één glas, maar een verrekijker heeft er twee!'
Ik begreep niet wat dat ermee te maken had, maar mijn moeder barstte in lachen uit dus kennelijk was het een hele domme fout. Mama vertelde aan de Boegoenezen wat er mis was gegaan. Die begrepen er niet veel van, want ze gebruikte nogal veel woorden als convex en inversie, en ook onze oude vriend de brekingscoëfficient kwam weer een paar keer voorbij. Bovendien sprak ze Nederlands, en dat verstaan de Boegoenezen niet. Maar ja, mijn moeder verstaat weer geen Boegoenees en dat heeft de Boegoenezen er nooit van weerhouden urenlang tegen haar aan te kletsen, op feestjes en zo.
'Ach,' zei mijn moeder vaak als ze terugkwam van zo'n feestje, 'ze zeggen waarschijnlijk toch niks interessants. Dat doen mensen bijna nooit, op feestjes. Dus wat maakt het uit of ik ze versta of niet? Met vriendelijk knikken en geïnteresseerd kijken kom je een heel eind.'
De Boegoenezen dachten er net zo over, kennelijk, want ze knikten vriendelijk en keken heel geïnteresseerd toen mijn moeder de brekingscoëfficient maar weer eens van stal haalde.
Ondertussen draaide mijn vader de verrekijker uit elkaar.
Hij haalde er een lens uit en gaf die aan mij. 'Aan jou de eer, jongen!'
Nu kwamen de zonnestralen wél in een puntje en al snel brandde het mos als een tierelier. Ik legde er voorzichtig wat takjes op, eerst hele dunne maar al snel grotere en dikkere.
De Boegoenezen keken toe met een mengeling van bewondering en ongerustheid.
Haha, dacht ik, arme sukkelaars! Dat kennen jullie niet he, vuur? Nou, ik zal jullie eens wat laten zien! Ik legde een paar stevige takken op de stapel en het vuur laaide hoog op.
'Eh... jongen,' zei papa, 'je bent je ervan bewust dat we op een houten vloertje zitten? Een houten vloertje boven in een boom? In verband met de brandbaarheid en zo.'



BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten