Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

woensdag 15 februari 2012

Het Boegoenese laboratorium

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


We probeerden het. We bouwden een laboratorium in een boomtop. Een hels karwei! Om te beginnen knoopten we met lianen een heleboel takken aan elkaar, zodat je een soort vloertje kreeg bovenin de boom. Daar bovenop maakten we een soort tafel en op die tafel stond een heel leger van bakjes, buisjes, flesjes en kolfjes. De bakjes waren eigenlijk gewoon halve kokosnoten. De buisjes en flessen en kolfjes waren eigenlijk ook halve kokosnoten.
Het klinkt nu alsof we zoveel kokosnoten tot onze beschikking hadden als we maar wilden.
Vergeet het maar! Kokosnoten zijn zeldzaam in Boegoe-Boegoe. Honderd Boegoenezen hadden geholpen met verzamelen, twee dagen lang, En ze hadden er niet meer dan veertig gevonden.
Dus.
Het was nog een heel gedoe om de noten in mooie helften te hakken. Als je geen vlijmscherp kapmes hebt is dat zo goed als onmogelijk. Ik heb natuurlijk wel een zaagje op mijn zakmes, en daar heb ik het ook echt wel mee geprobeerd, maar ik was een half uur bezig met één kokosnoot en toen bleek ook nog dat ik een beetje scheef had gezaagd.
Gelukkig was er een ouwe Boegoenees die nog van zijn opa had geleerd hoe het moest: als je de noten op precies de goede manier tegen elkaar sloeg, vielen ze in twee keurige helften uiteen. Het kostte een paar keer oefenen, maar uiteindelijk hadden we toch zo'n zeventig bruikbare kokosnoothelften. Gaby en ik schraapten het vruchtvlees eruit en verdeelden dat onder de hardwerkende Boegoenezen die ons hielpen. Die waren er erg blij mee, want kokosnoot is zo ongeveer het lekkerste wat een Boegoenees kan verzinnen (Dat geldt trouwens niet voor Kwetter, want die had een tijdje bij ons in Nederland gewoond en zij vond pannenkoeken met stroop het lekkerst. Maar dat viel aan de andere Boegoenezen niet uit te leggen).
Toen het laboratorium af was zei Kwetter vol blije verwachting: 'Mama boem?'
'Nee,' zuchtte mama, 'nu begint het pas. We hebben nog van alles nodig. Moleculen, weet je wel, om uit elkaar te halen en weer opnieuw aan elkaar vast te knopen.'
'Wat is moleculen ook weer?' vroeg Kwetter fronsend.
'Alles is gemaakt van moleculen. De bomen, de regen, de lucht, de alligators. Allemaal moleculen. Maar ze zijn niet allemaal van dezelfde moleculen gemaakt. En niet elk molecuul is geschikt om te ontploffen. Dus wat we nu moeten doen is de de juiste moleculen zoeken. Dat wil zeggen: dingen waar de juiste moleculen in zitten. Plantjes bijvoorbeeld. In ieder plantje zitten weer andere moleculen. Nou heb ik ooit, heel lang geleden, wel een paar lessen plantkunde gehad. Dus ik weet er wel iets van. Maar de plantjes uit Boegoe-Boegoe werden in die lessen helaas niet behandeld omdat, nou ja, niemand had ooit van Boegoe-Boegoe gehoord. Dus van de plantjes ook niet. Ik zou snel genoeg kunnen ontdekken welk plantje welke moleculen had, als ik hier een goed laboratorium had...'
'Die hebt jij ook,' protesteerde Kwetter. 'Waarom hebt wij anders al die kokosnoten bij elkaar gezoeken?'
'Die kokosnoten,' zei mijn moeder vriendelijk, 'zijn waardeloze troep. Maar ze zijn beter dan helemaal niks. Explosieven maken uit onbekende plantjes, met een laboratorium dat bestaat uit zeventig halve kokosnoten plus een kampvuurtje, dat zou de meest fantastische prestatie zijn uit de hele geschiedenis van de scheikundige wetenschap. Er is een kansje – een heel klein kansje! - dat het mij lukt. Niemand anders zou het kunnen. En zelfs mij zou het niet lukken, lieve Kwetter, zonder die zeventig kokosnoten.'
'En zonder mijn kampvuurtje,' zei ik. 'Dat ik nu ga maken. Let op!' Ik pakte een paar handjes vol droog mos, dat ik speciaal voor dit moment verzameld had. Ik pakte de verrekijker.
Er schoof een wolk voor de zon.


BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten