Dit is het vervolg op mijn boek Donderkat. Ben je niet op zoek naar Donderkat, maar naar informatie over mij, kijk dan hier.

Donderkat wordt in stukjes op het net geplaatst terwijl ik het schrijf. Als het af is, maak ik er een boek van.
Let op: ik maak er een boek van. Je mag het lezen, doorsturen aan je vrienden, uitprinten en bewaren voor mijn part, maar wat je er niet mee mag doen is: boek van maken en verkopen. Ik moet ook ergens van leven, nietwaar?
Elke maandag, woensdag en vrijdag zet ik er een nieuw stukje bij; meestal 's nachts.
Veel plezier ermee!

vrijdag 9 maart 2012

Mama doet raar

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE


Ieder half-kokosnootje vol water moest met gevaar voor eigen leven tussen de alligators vandaan worden geschept, waarna je tot bovenin een boom moest klimmen zonder te morsen. Vervolgens moest dat water naar het brandende lab worden gegooid, en eigenlijk moest ieder druppeltje recht op een vlam terecht komen. Al snel zagen we in dat het lab niet meer te redden was, en probeerden we alleen nog maar te voorkomen dat de brand naar andere bomen oversloeg.
Dat lukte wonderwel, en na een paar uur was het gevaar voorbij. Van het lab was alleen nog een grote, geblakerde stomp over, die uit de grond oprees als een gigantische rotte kies.
Papa, die al lang door Gaby gered was en die aan het grootste deel van het bluswerk had meegeholpen, vroeg aan mama wat er nou eigenlijk mis was gegaan.
'Oh niks,' zei mama monter, 'Het ging juist hartstikke goed. Ik dacht: laat ik makkelijk beginnen, en wat zuiver koolstof proberen te maken. Dat ontploft weliswaar niet, maar het brandt goed want het is gewoon houtskool. Makkelijk te maken, joh! En het fikt fantastisch. Iets té fantastisch, zelfs. Ik heb een nieuw laboratorium nodig, ben ik bang.'
'Tja,' zei papa en hij keek naar de verbrande stomp. 'In ieder geval heb je voorlopig koolstof genoeg, hoop ik. Dat is tenminste iets. Maar een nieuw laboratorium, daar hebben we helemaal geen tijd voor. Hakmaranman is door de bergen gebroken, en zijn mannen kunnen ieder moment beginnen de eerste bomen neer te halen!'
'Oh,' zei mijn moeder, 'dan hebben we nog wel een paar dagen de tijd. Hoe ver is hij bij ons vandaan?'
'Ongeveer een uurtje zwieren,' zei ik.
'Nou, kijk eens aan,' zei mama tevreden. 'Dan hebben we nog wel een week. Want die houthakkers zwieren niet. Die hakken. En dat gaat een stuk langzamer.'
'Dat is natuurlijk waar,' zei mijn vader opgelucht. 'Want ze moeten niet alleen hakken, ze moeten ook nog knokken met de alligators, en een weg aanleggen, en alle bomen op vrachtwagens laden, en...'
'En we moeten geen tijd verspillen met gebabbel,' zei mama. 'Aan de slag.'
Aan de slag gingen we, en nog voor de dag om was hadden we het nieuwe laboratorium af. Dat kwam vooral door de hulp van de Boegoenezen. Die werkten als bezetenen.
Ze begrijpen dat ze in gevaar zijn, dacht ik.
Maar Kwetter vertelde dat ze gewoon haast hadden, want ze moesten nog naar een verjaardagsfeestje.
'Maar wij gaat niet naar het feestje,' zei Kwetter tevreden. 'Wij gaat mama helpen de boemen te maken.
'Ja-a,' zei mama. Haar stem klonk raar, zoals hij nog nooit geklonken had. En ze keek ook een beetje vreemd.
'Wat is er met haar?' vroeg Gaby aan papa.
'Geen idee, meidje. Ze kijkt raar – het doet me ergens aan denken, maar aan wat? Ik heb haar eerder zo gezien, maar wanneer? Oh ja! Nu weet ik het weer! Het was op de avond dat ik haar ten huwelijk vroeg – hoe kan ik dat nou vergeten? Jongens,' zei hij plechtig, 'jullie moeder twijfelt. Ze is onzeker. Dit moment moeten we voor altijd onthouden, want zoiets zullen we nooit meer zien.'
'Waar twijfel je dan aan, mam?'
'Oh lieverds,' zuchtte mama. 'Er is een hele dag voorbij, en een laboratorium verwoest, en ik heb alleen nog maar wat houtskool! Ik heb geen idee waar ik de andere spullen vandaan moet halen. Ik...' ze zuchtte weer, 'ik weet niet of ik dit wel kan!'

BEGIN / VORIGE / VOLGENDE

Geen opmerkingen:

Een reactie posten